De automatische boete in de inkomstenbelasting die belastingplichtigen moeten slikken bij een fout in de belastingaangifte, is eindelijk verleden tijd. Nadat het principe al werd opgenomen in het nieuwe federaal regeerakkoord, werd het vannacht ook plenair goedgekeurd.
“We zijn tevreden dat er eindelijk een wettelijk kader komt dat vertrekt van vertrouwen, niet van wantrouwen. Dit is een belangrijke stap richting een rechtvaardiger fiscaal beleid voor ondernemers,” zegt Julie Leroy, fiscaal adviseur bij UNIZO.
Ook het Institute for Tax Advisors and Accountants (ITAA), dat samen met UNIZO en UCM een voortrekkersrol speelde in dit dossier, reageert positief. “Dit is een fundamentele verandering,” aldus Philippe Vanclooster, hoofd van de fiscale cel van het ITAA. “Een beleid gebaseerd op vertrouwen versterkt niet alleen de relatie tussen overheid en ondernemers, het is ook een logische stap in een moderne en rechtvaardige fiscaliteit.”
Systematische belastingverhoging
Ondernemers die een fout maakten in hun belastingaangifte of uitzonderlijk hun aangifte te laat indienden, kregen bijna systematisch een belastingverhoging van 10%. De wet stelde dat de fiscus kon afzien van deze verhoging bij afwezigheid van kwade trouw, maar in de praktijk gebeurde dit zelden.
“De regelgeving is dermate complex dat het bijzonder moeilijk is om geen fouten te maken. Het aanvechten van de boete vergt weer tijd en administratief gedoe,” licht Julie Leroy toe.
Einde van een heksenjacht
Dankzij de gezamenlijke inspanningen van UNIZO, UCM en ITAA is deze praktijk definitief verleden tijd. Vanaf 1 juli mag er bij een eerste vergissing te goeder trouw niet langer automatisch een boete van 10% worden opgelegd. De bewijslast wordt bovendien omgekeerd: het is aan de fiscus om aan te tonen dat er sprake was van kwade trouw.
“We zijn tevreden dat deze belangrijke correctie er eindelijk komt,” zegt Philippe Vanclooster, “Maar dit is slechts een begin. Het is essentieel dat deze benadering ook toegepast wordt op andere belastingdomeinen, zoals de btw. Ondernemers verdienen een kader dat uitgaat van ondersteuning, niet van bestraffing.”
Deze lijn moet doorgetrokken worden
UNIZO, UCM en ITAA rekenen er dan ook op dat het principe van vertrouwen wordt doorgetrokken naar andere belastingen.
Dat laatste is bijzonder belangrijk, want voorlopig geldt het nieuwe principe enkel in de inkomstenbelastingen. Voor andere belastingdomeinen, zoals de btw, blijven ondernemers vandaag nog wel geconfronteerd met hoge en vaak disproportionele boetes.
Ook in situaties waarbij de fiscus overgaat tot een aanslag van ambtswege, bijvoorbeeld omdat een aangifte ontbreekt, is het opletten geblazen.
“Het recht op vergissing moet veel verder gaan dan de fiscaliteit. Vertrouwen moet een breed uitgedragen uitgangspunt worden voor ondernemers, binnen alle beleidsdomeinen. Ondernemers navigeren elke dag door een kluwen van regels en verplichtingen. Onze kmo’s verdienen de ruimte om fouten recht te zetten, zonder meteen gesanctioneerd te worden. Dat is niet enkel rechtvaardig, het is ook de enige manier om ondernemen werkbaar te houden,” besluit Julie Leroy.