In een arrest van het Grondwettelijk Hof van 16 mei 2024, is besloten dat inkomsten verworven aan het ontwerp van computerprogramma’s niet in aanmerking komen voor het nieuwe fiscaal gunstregime voor auteursrechten. De Administratie van de Fiscaliteit is in staat om inkomsten van softwareontwikkelaars te herkwalificeren.
Het toepassingsgebied van het fiscaal regime van auteursrechten werd beperkt door de in gang treding van de wet van 26 december 2022, die het fiscaal regime van auteursrechten hervormt (BS 30 december 2022).
Voortaan bepaalt artikel 17, § 1, 5° van het Wetboek van de inkomstenbelastingen, dat de zetel van de materie bevat, zoals van toepassing vanaf 1 januari 2023, dat:
5° de inkomsten:
- verkregen uit de overdracht of de verlening van een licentie door de oorspronkelijke rechthebbende, zijn erfgenamen of legatarissen, van auteursrechten en naburige rechten, alsook van de wettelijke en verplichte licenties die bij wet zijn geregeld, bedoeld in boek XI, titel 5, van het Wetboek van economisch recht of in analoge bepalingen van buitenlands recht;
-
die betrekking hebben op originele werken van letterkunde of kunst zoals bedoeld in artikel XI.165 van het Wetboek van economisch recht of op prestaties van uitvoerende kunstenaars zoals bedoeld in artikel XI.205 van hetzelfde Wetboek.
Tot eind 2022 verwees de bovengenoemde belastingbepaling naar boek XI van de Wetboek van het Economisch recht inclusief an het btw-wetboek in zijn geheel, inclusief titel 6 met betrekking tot computerprogramma’s en titel 7 met betrekking tot databanken. De nieuwe belastingbepaling verwijst nu alleen naar titel 5 van het btw-boek, waardoor rechtsonzekerheid ontstaat bij IT’ers.
Na de fiscale hervorming van de auteursrechten stapten zeven IT-bedrijven en 70 softwareontwikkelaars naar het Grondwettelijk Hof, omdat er volgens hen sprake was van discriminatie.
Door het arrest van het Grondwettelijk Hof van 16 mei 2024 werd het beroep van de IT’ers nietig verklaard
Er werd beslist dat inkomsten verworven door softwareontwikkelling niet in aanmerking komen voor auteursrechten. De wetgever wenst enkel dat personen die onregelmatige en willekeurige inkomsten hebben (bijvoorbeeld: kunstenaars) van dit regime kunnen genieten.
Bijgevolg infomatici komen niet in aanmerking voor het nieuwe fiscaal gunstregime voor auteursrechten. De Administratie van de Fiscaliteit kan beroep doen op de beslissing van het Grondwettelijk Hof om de verworven auteursrechten van softwareontwikkelaars te herclassificeren.
De afdeling Advance Rulings had namelijk geconcludeerd dat de belastingwetgever, door voortaan specifiek te verwijzen naar de artikelen XI.165, XI.205 en titel 5 van Boek XI, de wens te kennen gaf om in beperkende zin alleen rekening te houden met de werken waarnaar wordt verwezen in de artikelen XI.165, XI.205 en titel 5, zonder andere artikelen of titels erbij te betrekken.
Er werd dus besloten dat de inkomsten die door een bedrijf aan zijn IT-medewerkers werden toegekend, uitsluitend betrekking hebben op computerprogramma’s en niet op werken die onder artikel XI.165 of XI.205 van het Wetboek van Economisch Recht vallen.
Bijgevolg konden deze inkomsten niet profiteren van de nieuwe belastingregeling voor auteursrechten.